123
HET VOLUME VAN DE GELUIDSBRON REGELEN (afb. 3)
Om het volume van de geluidsbron te regelen drukt u kort
(een seconde) op [
+
] of [–]. Om een andere geluidsbron te
selecteren drukt u kort (een seconde) op de aan/uit-toets [
].
Deze geluidsbron kan zijn:
• FM-radio
• Telefoon
• Surround
• Muziek
• Bluetooth
®
SLIMME TIP: U kunt bass-boost, surround balans en
surround-equalizer congureren. Druk aanhoudend (twee
seconden) op Menu [M] om toegang te krijgen tot het
conguratie-menu.
Zie “Uw headset congureren”.
Surround sound (niveau-afhankelijke
omgevingsmicrofoon)
Uw gehoor helpen beschermen tegen potentieel schadelijke
geluidsniveaus. Constante herrie en andere potentieel
schadelijke geluiden worden herleid tot een niveau beneden
82 dB, terwijl u normaal kunt spreken en uzelf verstaanbaar
kunt maken.
COMMUNICATIE FACE TO FACE (PUSH-TO-LISTEN, PTL)
(afb. 4)
Met de Push-To-Listen functie kunt u uw omgeving direct
horen door het volume van de FM-radio en Bluetooth
®
-audio
te dempen en niveau-afhankelijke microfoons te activeren.
Om Push-To-Listen te activeren drukt u tweemaal kort (een
seconde) op aan/uit [
]. Om Push-To-Listen uit te
schakelen drukt u kort op een willekeurige toets.
NAAR FM-RADIO LUISTEREN
Search station (zender zoeken) (afb. 8)
Druk kort (een seconde) op Menu [M] om de zoekmodus te
openen. Druk kort (een seconde) op [
+
] of [–] om het zoeken
te starten. De frequentie van de radiozender wordt bevestigd
met een spraakbericht.**
SLIMME TIP: Wanneer u kort (een seconde) op Menu [M],
drukt, wordt de FM-radio automatisch aangezet.
NB: De radio-ontvangst is afhankelijk van de topograe en de
omgeving waarin u zich bevindt. Als de ontvangst slecht is, ga
dan indien mogelijk naar een andere omgeving.
Zender opslaan (afb. 9)
Druk driemaal kort (een seconde) op Menu [M]
,
spraakmelding
“Store station” (Zender opslaan). Druk kort (een seconde) op
[
+
] of [–] om de positie te selecteren. Druk aanhoudend (twee
seconden) op Menu [M] om de zender op te slaan. Dit wordt
bevestigd met het spraakbericht
“Conrmed” (Bevestigd).
Zender voorprogrammeren (afb. 10)
Druk twee keer kort (een seconde) op de menutoets [M] om
de voorkeurmodus te openen. Dit wordt bevestigd met het
spraakbericht “Preset station” (Voorkeurzender). Druk kort
(een seconde) op [
+
] of [–] om te bladeren en een
voorkeurzender te kiezen. De frequentie van de radiozender
wordt bevestigd met een spraakbericht.
3M™ Connected Equipment, mobiele app **
Sluit uw “WS™ ALERT™ XPI Headset” aan met de “3M™
Connected Equipment” mobiele app die zowel Android als iOS
ondersteunt. Na aansluiting op de mobiele app, hebt u toegang
tot instellingen, conguraties, gebruikersinstructies etc.
NB: Ga voor meer informatie naar de “App Store” of “Google
Play” en download de “3M™ Connected Equipment”-app.
Voor ondersteuning bij “3M™ Connected Equipment”,
raadpleegt u de informatie in de app.
Bluetooth
®
Multipoint-technologie **
Deze headset ondersteunt Bluetooth
®
Multipoint. Gebruik
Bluetooth
®
Multipoint-technologie om twee Bluetooth
®
apparaten
tegelijk op uw headset aan te sluiten. Afhankelijk van de
aangesloten soorten Bluetooth
®
-apparaten en hun huidige
activiteiten, beheert de headset de Bluetooth
®
-apparaten op
verschillende wijze. De headset prioriteert en coördineert de
activiteiten van de aangesloten Bluetooth
®
-apparaten.
Een Bluetooth
®
-apparaat koppelen (afb. 2, afb. 5)
De eerste keer dat de headset wordt ingeschakeld, gaat deze
automatisch in pairing-modus. Dit wordt bevestigd met het
spraakbericht “Bluetooth
®
pairing on” (Bluetooth-koppeling
ingeschakeld). U kunt de pairing-modus tevens via het menu
bereiken. Dit moet u trouwens doen wanneer u een tweede
apparaat wilt koppelen (afb. 6).
Zie “Uw headset congureren”.
Zorg ervoor dat Bluetooth
®
-communicatie op uw Bluetooth
®
-apparaat geactiveerd is. Zoek en selecteer “WS ALERT XP”
of “WS ALERT XPI” op uw Bluetooth
®
-apparaat. Wanneer
de koppeling tot stand is gekomen, wordt dit bevestigd met
het spraakbericht “Pairing complete” (Koppeling voltooid) en
“Connected” (Verbonden).
NB: U kunt het koppelproces altijd onderbreken door
aanhoudend (twee seconden) op de Bluetooth
®
-toets [ ]
te drukken (afb. 7).
NB: Slechts één van de twee gekoppelde apparaten kan een
intercom zijn. ** De headset ondersteunt alleen een intercom
met 3M™ PELTOR™ Push-To-Talk protocol. Neem bij vragen
contact op met uw lokale dealer.
NB: Wanneer een derde Bluetooth
®
-apparaat met succes is
gekoppeld, wordt een van de vorige apparaten uit uw headset
verwijderd. Is één van de apparaten verbonden, dan wordt
het niet-verbonden apparaat verwijderd. Anders wordt het
eerst gekoppelde apparaat verwijderd. **
BLUETOOTH
®
-APPARATEN OPNIEUW VERBINDEN
Wanneer u de headset inschakelt, probeert deze vijf minuten
lang verbinding te maken met alle gekoppelde apparaten. De
verbinding wordt bevestigd met het spraakbericht
“Connected” (Verbonden).
NB: Is de verbinding verbroken, dan probeert de headset
deze dertig seconden lang te herstellen. Als de verbinding
verbroken wordt, hoort u het spraakbericht “Disconnect”
(Ontkoppelen).
NL
** 3M™ PELTOR™ WS™ ALERT™ XPI Headset