54
NICE - MIRIAM - CRISTAL - PRETTY - KRISS - MARY - TECNA - EVO
NL
• Controleer voordat u de kachel inschakelt of de vuurpot schoon is.
• Om de kachel te starten, houdt u toets P4 enkele ogenblikken ingedrukt tot “START” en dan “PREHEATI WAIT”
getoond wordt: nu begint de voorverwarming van de inschakelweerstand. Na circa 2 minuten wordt “PELLET
LOAD, FLAME WAIT” getoond, begint de transportschroef de pellets te laden en wordt de verwarming van
de weerstand voortgezet. Wanneer de temperatuur voldoende hoog is (na circa 7-10 minuten), kan men de
inschakeling als voltooid beschouwen en verschijnt “FIRE PRESENT” op het display.
• Na beëindiging van de fase “FIRE PRESENT” neemt de regeleenheid de “WORK” aan en toont het
geselecteerde warmtevermogen en de omgevingstemperatuur. Het is in deze fase dat de toetsen P5 en P6
het vermogen van de kachel van 1 tot 5 regelen.
• Als de waarde van de omgevingstemperatuur de limiet overschrijdt die met het toetsenbord bij set
temperatuur ingesteld is, wordt het warmtevermogen op het minimum gezet en wordt de tekst “WORK,
MODULATI” getoond. Als de omgevingstemperatuur onder de ingestelde temperatuur daalt, keert de kachel
terug naar het ingestelde vermogen.
11.6 INSTELLING KACHEL
De kachel is ingesteld op grond van de gegevens van het rookkanaal en van de gebruikte pellets, volgens
de technische kenmerken (zie KENMERKEN op pag. 70). Als de gegevens niet overeenstemmen kan de
geautoriseerde technicus de kachel in stellen.
• Als de pellets klein zijn en het warmtevermogen groter is (bijvoorbeeld: door vuurpot met aanslag), verlaag
dan de val van de pellets in het menu “SET FLAME”, druk op P3 “ PELLET TYPE”, druk nog een keer op P3
“PELLETS LOAD” en verlaag met toets P2 de hoeveelheid pellets van -1 (gelijk aan -2%) tot -9 (gelijk aan -18%).
• Als het rookkanaal een lagere trek heeft (bijvoorbeeld: door zwakke vlam, vuil glas), verhoog dan de toeren
van de rookgassenmotor in het menu “”SET FLAME”, druk op P5 “CHIMNEY TYPE”, druk op P3 “FUME-FAN
CHIMNEY” en verhoog met toets P1 de toeren van de rookgassenaanzuiger van +1 (gelijk aan 5%) tot +9
(gelijk aan +30%).
• Als het rookkanaal een grotere trek heeft (bijvoorbeeld: omdat pellets uit de vuurpot gehaald zijn), verlaag
de toeren van de rookgassenaanzuiger dan van -1 tot -9.
•
Let op of de waarde positief of negatief is.
11.7 LUCHTREGISTER
De kachel heeft op de achterkant een luchtregister die de volgende parameters moet bevatten (die ook op
de achterkant van de kachel staan):
Fig. 21 - Luchtregister
• Opening luchtregister 12 mm voor nominaal vermogen met rookkanaal 11 Pa.
11.8 GEEN ONTSTEKING
Als de pellets niet ontstoken worden, wordt dit gesignaleerd door het alarm “FAILED IGNITION”.
• Als de omgevingstemperatuur lager is dan 10°C is de bougie niet in staat de ontstekingsfase te activeren.
Om de bougie in deze fase te helpen, moet u nog wat pellets in de vuurpot doen en een stukje brandend
ontstekingsmateriaal op de pellets leggen (zoals bijvoorbeeld het Italiaanse product Diavolina).