54
Elektrische bedrading en besturing
De Mover®XT L is alleen geschikt voor aansluiting op 12 V-
accu’s (gelijkstroom)!
Voor aanvang van de werkzaamheden accu en alle ex-
terne stroomvoorziening afklemmen. Als u onzeker bent
over de elektrische aansluiting kunt u een gekwalificeerd elek-
tricien voor motorvoertuigen vragen de aansluiting aan te
leggen.
De elektrische installatie moet aan de technische en adminis-
tratieve bepalingen van het desbetreffende land van gebruik
voldoen (bijv. EN 1648 -1). Nationale voorschriften en
regelingen moeten worden nageleefd.
Aan iedere aandrijfeenheid zijn aansluitkabels voor de tractie-
motor en datakabels voorgemonteerd. De betreffende
aansluitkabels van de motor markeren (aandrijfeenheid A of
B – zie ook aansluitschema) en provisorisch op de caravan-
ondervloer naar de geplande montageplaats van de besturing
leggen. Een geschikte plek voor de besturing is bijv. een
bedopbergkast in de directe omgeving van het rangeersys-
teem met een minimumafstand tot de accu van 40 cm.
De besturing in de opbergkast plaatsen en bevestigen met de
meegeleverde spaanplaatschroeven (5 x 25).
Op een afstand van ca. 150 mm van de aansluitstrip van de
besturing een gat van Ø 25 mm op de caravanvloer markeren
voor de doorvoer van de kabelstrengen.
Voor het boren op daaronder liggende chassisdelen op
gas- en elektrische leidingen letten!
Gat boren, kabels door de caravanvloer naar de besturing lei-
den en zodanig aanleggen dat deze (met name bij doorvoeren
bij metalen wanden) niet kunnen schuren. Gebruik hiervoor
de meegeleverde mantelbuizen om beschadigingen aan de
kabels te vermijden.
De tractiemotoren bewegen tijdens werking.
Tercompensatie de kabels in dit gebied los met enige
speling bevestigen, om uitrekken van de kabels te vermijden.
Er mogen geen kabels over de besturing worden gelegd!
Kabels m.b.v. de meegeleverde klemmen en bouten aan het
chassis resp. de ondervloer bevestigen.
Gat in voertuigbodem afdichten met plastisch carosseriekit.
Aansluitschema
Inbouw achter de as (aanzicht van boven)
B
Afbeelding 17
PIN Beschrijving
Accu (C)
Battery + Accu +pool, rood 16mm
Battery - Accu -pool, zwart 16mm
Aandrijfeenheden achter de as
Motor left + (A) Motor links +pool, rood 10mm
Motor left - (A) Motor links -pool, zwart 10mm
Motor right + (B) Motor rechts +pool, rood 10mm
Motor right - (B) Motor rechts -pool, zwart 10mm
Klemstrip (D)
K1-1 Veiligheidsstopcontact, zwart
K1-2 Veiligheidsstopcontact, zwart / rood
K1-3 Datakabel motor links, zwart 0,5mm
K1-4 Datakabel motor links, zwart / rood
0,5mm
K1-5 Datakabel motor rechts, zwart 0,5mm
K1-6 Datakabel motor rechts, zwart / rood
0,5mm
K1-7 n. c.
K1-8 n. c.
K1-9 n. c.
K1-10 n. c.
Diagnose-interface (E)
J 1 Diagnose-interface
Inbouw achter de as
+
-
A
B
+- +-
13 57 9
D
C
E
M6 = 6 Nm
M5 = 3,5 Nm
Afbeelding 18
Nadat de kabels uit de besturing zijn geleid, moeten ze nog
trekontlast worden.
Aansluiting van de tractiemotoren
De data- en motorkabels moeten zo worden aangelegd, dat
afscheuren resp. beschadigen van de kabels niet mogelijk is.
De kabels mogen worden ingekort. Let op verschil in
grootte van de ringogen.
Kap van de besturing ontgrendelen door aan de zijkant op de
insteekhaken te drukken en kabels conform het aansluitsche-
ma aansluiten (rood = plus, zwart = min). Let op de juiste
aansluiting! (aandraaimoment M5 = 3,5 Nm / M6 = 6,0 Nm)