87NL
9.6. Zaagtafel (7) op 90° afstellen (afb. 10+11)
• Bovenste zaagbandgeleiding (5) geheel naar bo-
ven brengen.
• Vaststelgreep voor zaagtafel (21) losmaken door
deze linksom te draaien.
• Hoek tussen de zaagband (22) en de zaagtafel (7)
aanbrengen. Hoek niet bij de levering inbegrepen.
• Zaagtafel (7), door te draaien zover kantelen, tot
de hoek ten opzichte van de zaagband (22) precies
90° bedraagt. Als de zaagtafel al op de schroef
(49) ligt en de 90° hoek kan niet worden ingesteld,
moer (50) losdraaien en schroef (49) door rechts-
om draaien verkorten.
• Vaststelgreep voor zaagtafel (21) losmaken door
deze rechtsom te draaien.
• Moer (50) eventueel loshalen.
• Schroef (49) zo ver verstellen, totdat de zaagtafel
aan de onderzijde wordt aangeraakt.
• Moer (50) weer aanhalen om de schroef (49) te
bevestigen.
• Zo nodig de aanwijzer (51) van de gradenverdeling
(52) op 0° afstellen. (Afb. 11)
9.7. Welk zaagblad gebruiken
De in de bandzaag meegeleverde zaagband is be-
doeld voor universeel gebruik. De volgende criteria
moeten bij de keuze van de zaagband in acht wor-
den genomen:
• Met een smalle zaagband kunt u kleinere radii snij-
den dan met een brede.
• Een brede zaagband gebruikt men als men een
rechte snede wilt uitvoeren. Dit is vooral belangrijk
bij het snijden van hout. De zaagband heeft de ten-
dens om de houtnerf te volgen en wijkt daardoor
licht af van de gewenste snijlijn.
• Fijngetande zaagbanden snijden gladder, maar
ook langzamer dan grote zaagbanden.
LET OP: Nooit verbogen of gescheurde zaagban-
den gebruiken!
9.8. Zaagband verwisselen (afb. 1a+1b+3+14)
• Zaagbandgeleiding (5) op ca. halve hoogte tus-
sen de zaagtafel (7) en het machineframe (16) in-
stellen.
• Dekselvergrendelingen (10+13) loshalen en zijdek-
sel (11) openen.
• Verwijder de schroef (34) in de omgekeerde rich-
ting (afb. 3)
• Zaagband (22) door het linksom draaien van de
spanschroef (1) ontspannen.
• Zaagband (22) van de zaagbandrollen (2+8) en
door de groef in de zaagtafel (7) verwijderen.
• De nieuwe zaagband (22) centraal op de beide
zaagbandrollen (2+8) plaatsen. De tanden van de
zaagbanden (22) moeten naar onderen in de rich-
ting van de zaagtafel gericht zijn (afb. 6).
• Zaagband (22) spannen (zie 9.2)
• Zijdeksel (11) weer sluiten.
• Bout (34) met volgring (33), veerring (32) en vleu-
gelmoer (31) weer monteren (afb. 3).
9.9. Tafelinlegstuk vervangen (afb. 13)
Bij slijtage of beschadiging moet het tafelinlegstuk (6)
worden vervangen, anders bestaat er een verhoogd
gevaar voor letsel.
• Het versleten tafelinlegstuk (6) naar boven uitne-
men.
• De montage van het nieuwe tafelinlegstuk gebeurt
in omgekeerde volgorde.
9.10. Afzuigmof (afb. 1b)
De bandzaag is uitgerust met een afzuigmof (20)
100/40 mm voor spaanders.
Gebruik het apparaat alleen met een geschikte af-
zuiging. Controleer en reinig regelmatig de afzuig-
kanalen.
9.11. Schuifstokhouder (afb. 12)
De schuifstokhouder (48) is voorgemonteerd op het
machineframe. Indien niet gebruikt, moet de schuif-
stok (27) altijd aan de schuifstokhouder worden op-
geborgen.
10. Operatie
10.1 Aan/uit-schakelaar (12) (afb. 15)
• Door op de groene toets „I“ te drukken, kan de
zaagmachine worden ingeschakeld.
• Om de zaag weer uit te schakelen, moet de rode
knop „0“ worden ingedrukt.
• De lintzaagmachine is voorzien van een onder-
spanningsschakelaar. Bij stroomuitval moet de lint-
zaagmachine opnieuw worden ingeschakeld.
10.2. Parallelaanslag (afb. 16)
• Spanbeugel (26) van de parallelaanslag (25) naar
boven drukken
• De parallelaanslag (25) links of rechts van de zaag-
band (22) op de zaagtafel (7) schuiven en op de
gewenste maat instellen.
• Spanbeugel (26) naar onderen drukken om de pa-
rallelaanslag (25) te bevestigen.
• Er moet op gelet worden dat de parallelaanslag
(25) altijd parallel loopt ten opzichte van de zaag-
band (22).
10.3. Schuine snede (afb. 2+11+18)
Om schuine zaagsnedes parallel ten opzichte van de
zaagband (22) te kunnen uitvoeren, is het mogelijk
om de zaagtafel (7) van 0° - 45° naar voren te kan-
telen.
• Vaststelgreep voor zaagtafel (21) losmaken.
• Zaagtafel (7) naar voren kantelen, tot de gewenste
hoekafmeting in graden (52) is ingesteld.
• Vaststelgreep (21) weer vastdraaien.
LET OP: Bij een gekantelde zaagtafel (7) moet de
parallelaanslag (25) in de werkrichting rechts van de
zaagband (22) worden aangebracht. Het wegglijden
van het werkstuk wordt zo verhinderd.
11. Werkinstructies
De volgende adviezen zijn voorbeelden voor een vei-
lig gebruik van lintzaagmachines.
De volgende veilige werkinstructies worden als bij-
dragen aan de veiligheid beschouwd, kunnen echter
niet voor elk gebruik geheel op maat zijn, volledig zijn
of worden toegepast. Deze adviezen kunnen niet alle
mogelijke, gevaarlijke omstandigheden behandelen
en moeten zorgvuldig worden geïnterpreteerd.
• Bij werkzaamheden in afgesloten ruimtes moet de
machine op een afzuiginstallatie worden aange-
sloten.