- 44 -
weerstandslassen met deze typologie van apparatuur.
- Er moet een risicobeoordeling worden uitgevoerd voor iedere typologie van
uit te voeren werk; men moet uitrustingen en maskers voorzien die geschikt
zijnomhetstukinbewerking te steunenen tebegeleiden zodanig datde
handenverwijderdzijnvandegevaarlijkezoneterhoogtevandeelektroden.
- Ingeval men een draagbare puntlasmachine gebruikt: de tang stevig
vastgrijpen metbeide handengeplaatst op despeciaal daartoebestemde
handvaten;dehandenaltijduitdebuurtvandeelektrodenhouden.
- Inallegevallenwaar de vormvanhetstukhet mogelijkmaakt,moetmen
de afstand van de elektroden zodanig regelen dat 6 mm aanslag niet
overschreden worden.
- Voorkomendatmeerderepersonentegelijkertijdmetdezelfdepuntlasmachine
werken.
- Dewerkplaatsmoetverbodenzijnaanvreemdepersonen.
- Depuntlasmachinenietonbewaaktlaten:inditgevalishetverplichtzeloste
koppelen van het voedingsnet; in de puntlasmachines met in werkingstelling
met pneumatische cilinder, moet men de hoofdschakelaar naar de stand
“O”brengenenblokkerenmethetmeegeleverdehangslot.Desleutelmoet
uitgetrokkenwordenendoordeverantwoordelijkebewaardworden.
- Uitsluitend de elektroden voorzien voor de machine gebruiken (zie lijst
reserveonderdelen)zonderdevormervantewijzigen.
- RISICOVANBRANDWONDEN
Sommige gedeelten van de puntlasmachine (elektroden – armen en
aangrenzendeplaatsen)kunnentemperaturenbereikenbovende65°C:men
moeteengeschiktebeschermendekledijdragen.
Hetjuistgelastestuklatenafkoelenvoordatmenhetaanraakt!
- RISICO VAN KANTELEN EN VALLEN
- De puntlasmachine op een horizontaal oppervlak plaatsen met een geschikt
vermogen voor de massa; de puntlasmachine aan het steunvlak bevestigen
(indienvoorzieninhetdeel“INSTALLATIE”vandezehandleiding).Zoniet,
bijhellendeofloszittendevloeren,beweeglijkesteunvlakken,bestaathet
gevaar voor kantelen.
- Het is verboden de puntlasmachine op te tillen, tenzij dit uitdrukkelijk
voorzienisinhetdeel“INSTALLATIE”vandezehandleiding.
- Ingevalmenverrijdbaremachinesgebruikt:depuntlasmachineloskoppelen
van het elektrisch en pneumatisch (indien aanwezig) net, voordat men de
unit verplaatst naar een andere werkplaats. Letten op de hindernissen en
de onregelmatigheden van het terrein (vb. Kabels en buizen).
- ONJUIST GEBRUIK
Hetgebruikvandepuntlasmachineisgevaarlijkvoorallebewerkingendie
verschillenvandiegenedievoorzienzijn(zieVOORZIENGEBRUIK).
BESCHERMINGEN EN AFSCHERMINGEN
De beschermingen en de beweeglijke gedeelten van het omhulsel van de
puntlasmachinemoetenophunplaatszijn,voordatdepuntlasmachinewordt
aangesloten op het voedingsnet.
LET OP! Gelijk welke handmatige ingreep op toegankelijke beweeglijke
gedeeltenvandepuntlasmachine,bijvoorbeeld:
- Vervanging of onderhoud van de elektroden
- Regeling van de stand van de armen of de elektroden
MOETUITGEVOERDWORDENMETDEPUNTLASMACHINEUITGESCHAKELD
EN LOSGEKOPPELD VAN HET ELEKTRISCHE EN PNEUMATISCHE (indien
aanwezig) VOEDINGSNET.
HOOFDSCHAKELAARGEBLOKKEERD“O”METHETHANGSLOTGESLOTEN
EN DE SLEUTEL UITGETROKKEN (in de modellen met in werkingstelling met
PNEUMATISCHE CILINDER).
OPSLAG
- De machine en haar toebehoren (met of zonder verpakking) in gesloten
lokalen plaatsen.
- Derelatievevochtigheidvandeluchtmagniethogerzijndan80%.
- De milieutemperatuur moet liggen tussen -15°C en 45°C.
Indien de machine is uitgerust met een koelunit met water en een
milieutemperatuur lager dan 0°C: de voorziene antivries vloeistof toevoegen
ofwel het hydraulisch circuit en het waterreservoir volledig leegmaken.
Altijd geschikte maatregelen treffen om de machine te beschermen tegen
vochtigheid, vuil en corrosie.
2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING
2.1 BELANGRIJKSTE KENMERKEN
Stationair lasapparaat met elektrode die gebogen daalt voor weerstandslassen
(enkelepunt)metdigitalemicroprocessorbesturing.
Debelangrijkstekenmerkenzijn:
- beperkingvandelijn-overstroombijinschakelen(regelingcosφinschakeling);
- keuzevandeoptimalepuntlasstroomvoorhetbeschikbareelektriciteitsnet;
- keuze van de optimale parameters voor de lascyclus (samendrukkingstijd,
stroomoplooptijd,lastijd,pauzetijdenaantalpulsen);
- opslagvandefavorieteprogramma’s;
- verlichtLCD-displaywaaropdeopdrachtenendeingesteldeparametersworden
weergegeven;
- thermischebeveiligingmetsignalering(overbelastingofteweinigkoelwater);
- signaleringenblokkeringinhetgevalvanover-ofonderbelasting;
- signaleringgebrekaanlucht(alleeninmodellenmetpersluchtbesturing“PCP”);
- regeling van de luchtstroom voor de vertraging van het sluiten van de armen
(alleenbijmodellenmetpersluchtbesturing“PCP”).
Starten:
- modellen”PTE”:mechanischmetpedaalmetregelbarehendellengte;
- modellen”PCP”:persluchtmetcilindermetdubbeleffectbestuurddoorvoetklep.
2.2 ACCESSOIRES OP AANVRAAG
- Koppel armen lengte 500mm, volledig met elektrodehouder en standaard
elektroden.
- Koppel armen lengte 700mm, volledig met elektrodehouder en standaard
elektroden.
- Gebogenelektroden.
- Groepvoorkoelingmetwatermetgeslotencircuit(alleengeschiktvoorPTEof
PCP 18).
3.TECHNISCHE GEGEVENS
3.1 KENTEKENPLAAT (FIG. A)
Debelangrijkstegegevensm.b.t.hetgebruikendeprestatiesvandepuntlasmachine
zijnsamengevatopdekentekenplaatmetdevolgendebetekenis.
1- Aantalvandefasenenfrequentievandevoedingslijn.
2- Voedingsspanning.
3- Vermogenvannetaanpermanentregime(100%).
4- Nominaalvermogenvannetmetverhoudingvanintermittentievan50%.
5- Maximumspanningleegnaardeelektroden.
6- Maximumstroommetelektrodeninkortsluiting
7- Stroomnaarsecundairaanpermanentregime(100%).
8- Draadafstand en lengte van de armen (standaard).
9- Minimumenmaximumregelbarekrachtvandeelektroden.
10- Nominaledrukvandebronvanperslucht.
11- Drukvan de bronvanpersluchtnoodzakelijk omdemaximumkracht naar de
elektrodentebekomen.
12- Vermogenvanhetwatervankoeling.
13- Valvannominaledrukvandevloeistofvoordekoeling.
14- Massa van de inrichting van het lassen.
15- Symbolenm.b.t.deveiligheidwaarvandebetekenisinhoofdstuk1“Algemene
veiligheid voor het weerstandslassen ” staat.
Nota: Het gegeven voorbeeld van kentekenplaat is louter ter aanwijzing van de
betekenis van de symbolen en de cijfers; de juiste waarden van de technische
gegevensvandepuntlasmachineinuwbezitmoetenrechtstreeksgenomenworden
vandekentekenplaatvandepuntlasmchinezelf.
3.2 ANDERE TECHNISCHE GEGEVENS (FIG. B)
4. BESCHRIJVING VAN DE PUNTLASMACHINE
4.1 GEHEEL EN PLAATSINNAME VAN DE PUNTLASMACHINE (FIG. C)
4.2 BESTURINGS- EN REGELORGANEN
4.2.1 Bedieningspaneel (AFB. D1).
1- hoofdschakelaar(inPCP-modellenmetnoodstopfunctieenvergrendelbarepositie
“O”:hangslotensleutelsbijgeleverd).
2- toetsen vermeerdering (+) vermindering (-).
3- parameter-selectietoets “MODE”.
4- verlichtLCD-display;
5- starttoets/START(mod.PCP);
6-
/ schakelaaralleendruk(nietlassen)/lassen.
4.2.2Beschrijvingvandepictogrammen(AFB.D2).
Puntlasparameters(1-7):
1-
power(%):puntlasstroominpercentagetenopzichtevandemaximumwaarde;
2-
samendrukkingstijd (cycles): wachttijd in cycli voordat er stroom wordt
afgegevenvanafhetcontactvandeelektrodenmethetwerkstuk;
3-
stroomoplooptijd(cycles):tijdincyclitotdatdepuntlasstroomdevia“power”
ingesteldewaardebereikt;
4-
puntlastijd(cycles):tijdincyclidatdestroomopdeingesteldewaardewordt
gehouden;
5-
pauzetijd(cycles):tijd in cyclidatdestroomnulis tussenopeenvolgende
pulsen(alleeninpulswerking);
6-
aantalpulsen(n°):alsdit1is,eindigthetpuntlassennadepuntlastijd(4);als
ditgroterdan1is,geeftdithetaantalstroompulsenaandatdoordemachine
wordtafgegeven(pulswerking);
7-
ronde synoptische indicator, met getalin het midden, van de ingestelde
cycli;
8-
symboolvanthermischalarm;
9-
multifunctioneelnumeriekdisplay;
10-
symboolvanpuntlassenactief(stroomafgifte);
11-
symboolvansamendrukkingstijd,actiefmetschakelaarvanAfb.D1-6inde
positieNIETLASSEN;
12-
START-indicator:drukopdetoetsvanAfb.D1-5omdemachinein
teschakelen;
13-
symboolpersoonlijkPROGRAMMA;
14- symboolvoorhetpersoonlijkeprogramma
opslaan / nietopslaan;
15-
rondesynoptische indicator, metgetalin hetmidden, vanhetingestelde
vermogen.
4.2.3 Modus voor instelling van de puntlasparameters
Iederekeerdathetapparaatwordtingeschakeldenvoordatopdestarttoets“START”
wordtgedrukt,kan demoduswordenveranderd waarmee udelasparameterswilt
instellen:
- modus“GEREDUCEERD”=EASY:maakteensnelleenintuïtieveselectievande
tweebelangrijkstelasparameters“POWER”(1)e“puntlastijd”(4)mogelijk.Indeze
moduskunnendepersoonlijkeprogramma’snietwordenopgeslagen.
- modus “UITGEBREID” = EXPERT: maakt de selectie mogelijk van alle
lasparameters die worden beschreven in de vorige paragraaf. In deze modus
kunnendepersoonlijkeprogramma’swordenopgeslagen.
4.2.4 Moer voor compressie en regeling van de stroom (AFB. D3)
1- De moer istoegankelijk door het luik op de achterkantvan het lasapparaat te
openen.
Metdemoerkandekrachtvandeelektrodenwordengeregelddoormiddelvande
voorbelastingvandeveer:hoesterkerdeveerisgeladen,hoegroterdekrachtop
deelektrodenvanhetpuntlasapparaatis.
2-Metdestroomregelaar(alleenmod.PCP)kandesluitendebewegingvandearmen
wordenvertraagdomtevoorkomendatdeelektrodenophetwerkstukstuiteren.
De schroef van de regelaar linksom draaien (+) om de luchtstroom en de
dalingssnelheidvandeelektrodentevergroten;deschroefrechtsomdraaien(-)
omdeluchtstroomendedalingssnelheidvandeelektrodenteverkleinen.
4.2.5 Regeling van de druk en manometer (AFB. D4 - alleen mod. PCP)
1- Knopvoorhetregelenvandedruk;
2- Manometer.