318 243637000/00/02.17
Installatie
2.3.2 Op computer of computernet-
werk aansluiten
OPGEPAST
Door ontoereikende of ontbrekende be-
veiliging kunnen storingen in het gebruik
optreden.
Let erop dat alle verbindingskabels die
aan de etikettenprinter zijn aangesloten,
beschermd zijn.
1 Etikettenprinter en computer of netwerk op een
geschikte kabel aansluiten.
Details over de installatie van het printer-
stuurprogramma > Printersetup.pdf
2.4 Toestel inschakelen
Als alle aansluitingen tot stand gebracht zijn:
1 Printer aan de netschakelaar (1) inschakelen.
De printer voert een systeemtest uit en geeft
daarna op het touchscreendisplay de systeem-
toestand gereed aan.
Als tijdens de systeemstart een fout opgetreden
is, wordt het symbool , Kritische fout en
het soort fout weergegeven.
1
Beeld 5 Netschakelaar