108 Gebruiksaanwijzing
NL
5�2 Montage en afstelling
5�2�1 Het stuur monteren
Draai de klemmen los van de voorbouw. Plaats het stuur in de voorbouw.
De remkabels en de versnellingskabel moeten links langs de balhoofdbuis lopen.
Schroef de klemmen op elkaar en
draai de schroeven enigszins vast. Zorg
ervoor dat het kruisje precies tussen de
klemmen zit.
Stel de kanteling van het stuur in voor
je kind. Je kind moet op het zadel zitten
en daarbij met licht gebogen armen de
handgrepen kunnen vastpakken.
Draai de klemschroeven om en om
diagonaal vast totdat je het aanbevolen
aandraaimoment hebt bereikt (zie
hoofdstuk 8). Controleer of het stuur bij
vastgedraaide schroeven niet meer kan
draaien.
Let erop dat de opening tussen de klemmen en de voorbouw boven en onder even groot is.