EasyManua.ls Logo

Daikin Altherma 3 R ECH2O - Aansluiting Intelligente Regelaar (Smart Grid - SG); Aansluiting Koudemiddel; Koudemiddelleidingen Leggen; Drukproef en Koudemiddelcircuit Vullen

Daikin Altherma 3 R ECH2O
344 pages
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
3 Plaatsing en installatie
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
142
Daikin Altherma EHS(X/H)(B)-D
Daikin Altherma 3 R ECHO
008.1451099_00 – 07/2020
[HT/NT verbinding]=1 [HT/NT verbinding]=0
 3‒43 Aansluiting HT/NT-schakelcontact
1 Netaansluitkast voor laag-tarief aansluiting op het
elektriciteitsnet
2 Ontvanger voor de analyse van het HT/NT-stuursignaal
3 Voeding warmtepomp-buitenunit (zie voor de
warmtepomp-buitenunit de bijbehorende
installatiehandleiding)
4 Potentiaalvrij schakelcontact voor warmtepomp-
binnenunit
3.7.15 Aansluiting intelligente regelaar (Smart
Grid – SG)
Zodra de functie door de parameter [Smart Grid]=1 wordt
geactiveerd [→ Hoofdmenu → Instellingen → In-/Outputs] (zie de
gebruiksaanwijzing voor de regeling), wordt afhankelijk van het
signaal van het energiebedrijf de warmtepomp in de modus stand-
by, standaard of werking met hogere temperaturen geschakeld.
Hiervoor moeten de potentiaalvrije schakelcontacten SG1/SG2 van
de intelligente regelaar op de connector J8, aansluitingen Smart Grid
en EVU, worden aangesloten op de printplaat RoCon BM2C (zie "
3‒44 Aansluiting Smart Grid"[4142]).
Zodra de functie Smart Grid actief is, wordt automatisch de HT/NT
functie gedeactiveerd. Afhankelijk van de waarde van de parameter
[Modus Smart Grid] wordt de warmtepomp verschillend gebruikt
[→ Hoofdmenu → Instellingen → In-/Outputs] (zie de
gebruiksaanwijzing voor de regeling).
 3‒44 Aansluiting Smart Grid
3.8 Aansluiting koudemiddel
INFORMATIE
Installatiehandleiding van de buitenunit in acht nemen!
3.8.1 Koudemiddelleidingen leggen
VOORZICHTIG
Het gebruik van reeds gebruikte koudemiddelleidingen kan
schade aan het apparaat veroorzaken.
Gebruik geen koudemiddelleidingen meer die met een
ander koudemiddel zijn gebruikt. Vervang de
koudemiddelleiding en reinig deze zorgvuldig.
Leidingen met een buigapparaat en voldoende afstand t.o.v.
elektrische kabels leggen.
Solderingen aan leidingen alleen met een licht stikstofdebiet
(alleen hard solderen toegestaan).
Warmte-isolatie aan de verbindingspunten pas na de
inbedrijfstelling aanbrengen (vanwege lekkages zoeken).
Felsverbindingen tot stand brengen en op de apparaten
aansluiten (aandraaimoment in acht nemen, zie
"6.3Aandraaimomenten"[4148]).
3.8.2 Drukproef en koudemiddelcircuit vullen
WAARSCHUWING
Het totale warmtepompsysteem bevat koudemiddel met
gefluoreerde broeikasgassen die bij het vrijkomen het
milieu beschadigen.
Koudemiddeltype: R32
GWP*-waarde: 675
*GWP=Global Warming Potential (broeikaspotentiaal)
Totale vulhoeveelheid van het koudemiddel op het
meegeleverde etiket aan de warmtepomp-buitenunit
noteren (Aanwijzingen zie installatiehandleiding
warmtepomp-buitenunit).
Laat koudemiddel nooit in de atmosfeer terechtkomen
altijd met een hiervoor geschikt recyclingapparaat
afzuigen en recyclen.
1 Drukproef met stikstof uitvoeren.
Stikstof 4.0 of hoger nemen.
Maximaal 40bar.
2 Na het uitgevoerde zoeken naar lekkages de stikstof volledig
aflaten.
3 Leidingen vacumeren.
Te bereiken druk: 1mbar absoluut.
Tijd: ten minste 1h
4 Controleren of er nog meer koudemiddel voor de basisvulling
noodzakelijk is en indien nodig bijvullen.
5 Afsluitkleppen aan de buitenunit compleet tot aan de aanslag
openen en iets vastdraaien.
6 Klepdoppen weer monteren.
7 Controleren of de boilertemperatuursensoren t
DHW1
80 cm en
t
DHW2
60cm diep zijn aangebracht.

Table of Contents

Other manuals for Daikin Altherma 3 R ECH2O

Related product manuals