STAP 8
LET OP! – Alle hieronder in deze handleiding beschreven handelingen zullen
worden verricht op elektrische circuits die onder stroom staan; de manoeuvres
kunnen dus gevaarlk zn! Let b het werk dus goed op!
Nadatudebesturingseenheidonderspanninghebtgezet(afb. 41) voert u
dehieronderopgesomdehandelingenuit,waarbudienttecontrolerenofde
resultateninovereenstemmingzn:
•Onmiddellknadatdebesturingseenheidisaangezet,knippertderode led
(afb. 42) enkele seconden heel snel; daarna gaan de groene en rode led beur-
telings branden; tenslotte gaat de groene led uit en de rodeblftregelmatig
knipperenmeteenritmevanéénknipperingperseconde(= de besturingseen-
heid werkt normaal).
Let op! – Als de rode led niet knippert zoals hier beschreven is, is het
raadzaam de elektrische stroomtoevoer naar de besturingseenheid te
onderbreken en de verrichte aansluitingen nauwkeuriger te controle-
ren (raadpleeg ook het hoofdstuk “Wat te doen als...”).
•Alserfotocellenindeinstallatiezngeïnstalleerd,dientuopdeRXtecon-
troleren of de led uitis(= regulaire werking) of aan(= aanwezigheid van een
obstakel). Als de led daarentegen knippert, wil dit zeggen dat het signaal niet
ergduidelkisenwordtgehinderddooreenfoutieveuitlningvandetwee
fotocellen.
•Alsereenradiograschbedieningspaneelindeinstallatieisgeïnstalleerd,
dient u te controleren of dat goed werkt; u kunt hiervoor de handleiding in
kwestie gebruiken.
EERSTE INBEDRIJFSTELLING EN CONTROLE
VAN DE ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
04. (binnen10seconden)Houdopdezenderdetoetsdieuinhetgeheugen
wilt opslaan (in ons voorbeeld, toets T3). tenminste 2 seconden lang inge-
drukt.
Als de geheugenopslag tot een goed einde is gekomen zal de groene led 3
langdurige knipperingen afgeven (= geheugenopslag ok). N.B. – Voordat er
10 seconden om zn, is het mogelk een toets van een NIEUWE zender met
dezelfde instructie in het geheugen op te slaan (dit is handig wanneer er b-
voorbeeld meerdere zenders op dezelfde besturingseenheid in het geheugen
moeten worden opgeslagen).
Indien dat niet nodig is, wacht u dat de groene led uitgaat (= procedure beëin-
digd) en dat de rode led opnieuw met een regelmatig ritme zal gaan knipperen.
9.2 – GEHEUGENOPSLAG VAN DE EINDSTANDEN BIJ
“OPENING” EN “SLUITING” VAN DE DEUR
De eindstand “Sluiting” (B - afb. 4) komt overeen met het punt waarop de deur
helemaal dicht is en de eindstand “Opening” (A - afb. 44) met het punt waar-
op de deur helemaal open is.
In deze fase van de installatie dient de besturingseenheid de standen van de
maximale “Sluiting” en “Opening”,alsookdeconguratievandeingangSTOP
te leren herkennen en in het geheugen op te slaan; hiervoor gebruikt u onder-
staande procedure
:
LET OP! – Onderstaande handelingen kunnen alleen met behulp van de
to e ts “P1” op de besturingseenheid van de reductiemotor worden uitge-
voerd.
01. Ga na of de trekwagen is aangehaakt.
02. Druklang(circa5seconden)opdetoets“P1” op de besturingseenheid
tot de rode led gaat branden; laat daarna de toets los.
03. Nu zal de besturingseenheid uit zichzelf 3 manoeuvres achter elkaar star-
ten(Sluiting - Opening - Sluiting),waarbdetweeeindstandenautoma-
tisch in het geheugen worden opgeslagen. N.B. – Tdens het uitvoeren
van de 3 manoeuvres knippert het gebruikerslicht
Let op! – Als gedurende de 3 manoeuvres een veiligheidsinrichting
in werking treedt of er per ongeluk op de toets “P1” wordt gedrukt,
onderbreekt de besturingseenheid onmiddellk de gehele proce-
dure en annuleert ze die procedure. In dat geval zult u de procedu-
re van het begin af opnieuw moeten uitvoeren.
04. Geef tenslotte met de toets T1 op de afstandsbediening de instructie voor
4of5completeopenings-ensluitmanoeuvres(dezemanoeuvresdienen
ertoe dat de besturingseenheid de waarden van de kracht in het geheu-
gen kan opslaan, die nodig is om de deur op elk punt van haar loop te
kunnen verplaatsen).
Tdensdeleermanoeuvresvandekrachtknipperthetgebruikerslicht.
Let op! – Deze manoeuvres mogen niet worden onderbroken; als
dat toch gebeurt, dient u de gehele procedure vanaf het begin
opnieuw uit te voeren.
LET OP! – Als tdens het zoeken naar de standen de ketting op de poelie
van het motorrondsel slipt, u een ritmisch geluid hoort wil dat zeggen
dat de ketting niet strak genoeg is aangespannen. In dat geval dient
u de procedure te onderbreken door op de toets “P1” op de bestu-
ringseenheid te drukken, de ketting aan te spannen door de moer te
draaien en de gehele procedure vanaf het begin opnieuw uit te voeren.
Deze procedure kan ook op een ander moment opnieuw worden uitgevoerd:
bvoorbeeldnaeeneventueleverplaatsingvandemechanischeeindstopop
de geleider.
STAP 9
AANBEVELINGEN b het programmeren:
• Het verdient aanbeveling eerst de procedures te lezen en daarna de handelin-
gen te verrichten, waarb de passages van elke procedure achter elkaar dienen
te worden uitgevoerd.
• In deze handleiding worden de ‘toetsen van de zenders met nummers aan-
gegeven. Raadpleeg dan ook afb. 43 voor het verband tussen deze nummers
en de toetsen van de zender.
9.1 – GEHEUGENOPSLAG VAN DE ZENDER mod. FLO4R-S
Om de automatisering met de zender te kunnen aansturen, dienen de toetsen
daarvan in het geheugen van de besturingseenheid te worden opgeslagen.
Hierbkuntuaanelketoetsdedoorugewensteinstructiegeven,waarbuuit
onderstaande functies kunt kiezen:
1=Stap-voor-stap: komt overeen met de reeks ... Open - Stop - Sluit -
Stop ... De eerste instructie activeert het Openen; de daaropvolgende geeft,
terwldedeurinbewegingis,deinstructieStop; de derde het Sluiten; de vier-
degeeft,terwldedeurinbewegingis,deinstructieStop en zo voort...
2=Stap-Open: komt overeen met de reeks ... Open - Stop - Sluit - Open ...
De eerste instructie activeert het Openen; daaropvolgendegeeft,terwldedeur
in beweging is, de instructie Stop; de derde het Sluiten;devierdegeeft,terwl
de deur in beweging is, de instructie Open en zo voort...
3=Gedeeltelke opening: komt overeen met een korte opening van de deur.
Deze instructie heeft alleen gevolg als de deur helemaal dicht is.
4=Gebruikerslicht: ... On - Off - On ...
Een enkele uitvoering van de procedure slaat een enkele toets van de zender
in het geheugen op; deze kan zowel in het geheugen van op deze besturing-
seenheid alsook van besturingseenheden van andere automatiseringen wor-
den opgeslagen. Het geheugen van de besturingseenheid kan tot 100 toetsen
bevatten.
Voor elke toets die u in het geheugen wilt opslaan, dient u onderstaande pro-
cedure opnieuw uit te voeren.
01. Beslis welke toetsopdezenderuinhetgeheugenwiltopslaan(voor-
beeld: toets T3).
02. Beslis welke instructie u uit de eerder opgesomde instructies aan de uit-
gekozentoetswiltkoppelen(voorbeeld:instructie “2”).
03. Druk op toets “P1”(opdebesturingseenheid)zoveel maal als overeenkomt
met het nummer van de gewenste instructie(in ons voorbeeld, “2” maal) en
controleerofdegroeneledhetzelfdeaantalkortdurendeknperigeafgeeft
(dezewordenineenregelmatigritmeherhaald).
PROGRAMMEREN VAN DE AUTOMATISERING
Debesturingseenheidheeftenkeleoptionelefunctieswaarmeehetmogelkis
anderespecieketakendoordeautomatiseringtelatenuitvoeren,waardoor
dezeaanuwpersoonlkeeisenkanwordenaangepast.
10 – AFSTELLEN VAN DE WERKING VAN DE AUTOMATISERING
Omdewerkingvandeautomatiseringaandepersoonlkeeisenaantepassen
ishetmogelksommigefunctiesteactiverenoftedeactiverenendewaarde
daarvanaftestellen.Dezefunctieszn:
• AUTOMATISCHE SLUITING. Wanneer deze functie actief is, zal de bestu-
ringseenheidnaaoopvaneendoordegebruikergevraagdeopeningsma-
noeuvrededeurautomatischnaverloopvaneenbepaaldetdlatensluiten.
• SNELHEID VAN DE MANOEUVRE. Met deze functie kunt u de gewenste
snelheid instellen waarmee de automatisering de deur laat bewegen.
• GEVOELIGHEID TEN OPZICHTE VAN OBSTAKELS. Als een onvoorzien
obstakel(eenwindstoot,eenvoertuig,eenpersoonetc.)dedeurtdenseen
manoeuvreafremt,constateertdezefunctieonmiddellkdatbelastingvande
motor om het obstakel te overwinnen, toeneemt, en geeft instructie tot een
korte terugloop.
AFSTELLINGEN EN ANDERE
OPTIONELE FUNCTIES
6 – Nederlands
NL