3 AFSTELLINGEN
NL-10
3.6 KRUISSNELHEIDSREGELSCHAKELAAR ______________________________________
1. Als de kruissnelheidsregeling niet wordt
uitgeschakeld wanneer de rempedaal wordt
ingedrukt, zet de bevestiging
(D)
dan los en verschuif
de schakelaar zodat rol
(E)
zich gecentreerd op bout
(F)
bevindt.
2. Zet bevestiging los en stel bout
(F)
zodanig bij dat
de kop contact maakt met rol
(E)
en de schakelaar
activeert.
Afb. 3E
3.7 BRANDSTOFSOLENOÏDE___________________________________________________
1. Stel stang
(H)
zodanig bij dat de brandstofsolenoïde
in de houdstand vergrendelt wanneer de
contactsleutel naar de START-stand is gedraaid en
naar de AAN-stand is teruggekeerd. Handhaaf in de
'STOP' stand een opening van 1-1,5 mm tussen de
hendel en de nok.
N.B.
De brandstofsolenoïde wordt niet geactiveerd
zonder dat de parkeerrem is aangetrokken en de
krachtafneemschakelaar is uitgezet. Draai de sleutel lang
genoeg (maar niet langer) naar de startstand om de
solenoïde te activeren. De motor mag niet worden
gestart zonder bestuurder op de zitting.
Afb. 3F
3.8 GRONDDRUK_____________________________________________________________
1. Bijstelling van de gronddruk heeft invloed op de
daaltijd van de hefarmen alsmede op de gronddruk
van iedere band.
2. Zet de dunne knop
(J)
los en stel de grote knop
(K)
bij om het gewicht van de maaieenheid te
vermeerderen of verminderen. De knop stelt alle
drie de maaiers gelijktijdig bij.
a. Gewichtsvermeerdering van de maaieenheid
stelt de maaiers in staat om het grondverloop
beter te volgen en vermindert de gronddruk van
de tractor.
b. Vermindering van het maaiergewicht verhoogt
het tractorgewicht, wat de tractie op hellingen
doet toenemen.
c. Zodra de gewenste gronddruk is bereikt moet de
dunne knop
(J)
weer worden vastgezet.
N.B.
Als het gewicht aan de zijkanten te laag is ingesteld
dalen de maaieenheden vanuit de transportstand niet
helemaal tot de grond.
Afb. 3G
D
E
F
102 mm
1 - 1,5 mm
H
J
K
VERGROTEN
VERKLEINEN