EasyManua.ls Logo

Wilo FK 17.1 - Page 599

Wilo FK 17.1
1364 pages
Go to English
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
Installatie en elektrische aansluiting nl
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo Motor FK 17.1, FK 202, FK 34, FK 42 + EMU FA, Rexa SUPRA, Rexa SOLID 599
Het droog laten lopen van de pomp is verboden! Voorkom luchtinsluitingen in het hy-
draulische huis of in het leidingsysteem. Onderschrijd nooit het minimale waterniveau.
De installatie van een droogloopbeveiliging wordt aanbevolen!
6.4.1 Instructies voor dubbelpompbe-
drijf
Als er in een bedrijfsruimte meerdere pompen worden opgesteld, moeten minimumaf-
standen tussen de pompen en tot de wand worden aangehouden. De minimumafstan-
den zijn afhankelijk van het type installatie: wisselbedrijf of parallel bedrijf.
d
A
2
A
1
Fig.3: Minimumafstanden
d Diameter hydraulisch huis
A
1
Minimale afstand tot de wand:
- Wisselbedrijf: min. 0,3×d
- Parallel bedrijf: min. 1×d
A
2
Afstand persleidingen
- Wisselbedrijf: min. 1,5xd
- Parallel bedrijf: min. 2xd
6.4.2 Onderhoudswerkzaamheden
Na een opslagtijd van meer dan 6maanden moeten voorafgaand aan de installatie de
volgende onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd:
De waaier moet worden gedraaid.
Controleer de olie in de motorruimte.
De olie in de afdichtingsruimte moet worden gecontroleerd.
6.4.2.1 Waaier draaien
WAARSCHUWING
Scherpe randen op waaier en zuigaansluiting!
Op de waaier en de zuigaansluiting kunnen scherpe randen ontstaan. Er bestaat ge-
vaar voor amputatie van ledematen! Het is verplicht om veiligheidshandschoenen te
dragen om snijwonden te voorkomen.
De pomp is niet aangesloten op het elektriciteitsnet!
De beschermingsuitrusting wordt gebruikt!
1. Pomp verticaal op een vaste ondergrond neerzetten. WAARSCHUWING!Beknel-
lingsgevaar voor handen. Zorg ervoor dat de pomp niet kan omvallen of weg-
glijden!
2. Grijp voorzichtig en langzaam via het drukstuk in de hydraulische huis en draai de
waaier.
6.4.2.2 Controleer de olie in de motor-
ruimte

Table of Contents

Related product manuals