NL
243
18 Stuur
6
Balhoofdbuis met
balhoofd
9
Voorvork
7
Stuurpen
52
Balhoofdbuis
8
Stuur
8
52
6
9
7
Afb.26: Onderdelen van sturen
18.1 Stuur afstellen
Om de stuurhoogte aan te passen, kan het
nodig zijn de stuurpen in hoogte te verstellen.
Instellingen van stuur en stuurpen zijn
afhankelijk van het model verschillend en
vereisen kennis van zaken.
Belangrijk: Neem altijd de bijbeho-
rende instructies van de fabrikant
van uw stuurpen in acht. Laat werk-
zaamheden aan stuur en stuurpen
uitsluitend uitvoeren door uw
FLYER-dealer.
Belangrijk: De stuurpenklem kan
met een schroefverbinding of een
snelspanner zijn vastgezet.
Draai schroefverbindingen altijd met het
juiste aanhaalmoment vast.
Aanhaalmoment: Zie de model-
specifieke informatie over uw stuur-
pen in het bijbehorende document
Technische gegevens.
18.2 Informatie over
Speedlifter- en All-Up-
systemen
Belangrijk: Neem de bijbehorende
instructies van de fabrikant van uw
Speedlifter- of All-Up-systeem in
acht. Laat werkzaamheden aan
Speedlifter- en All-Up-systemen uit-
sluitend uitvoeren door uw
FLYER-dealer.
18.2.1 Stuurhoogte wijzigen
Met Speedlifter- en All-Up-systemen kunt u
de stuurhoogte snel en veilig wijzigen ter-
wijl de instelling van het balhoofd behouden
blijft.
1. Open voor de hoogteverstelling de bijbe-
horende snelspanhendel.
2. Stel het stuur in op de gewenste hoogte.
3. Sluit de snelspanhendel vervolgens weer.
De snelspanhendel moet strak of
maximaal tegen de balhoofdbuis staan,
zodat de klem stevig vastzit.
Informatie over de juiste en veilige
gebruik van snelspanhendels vindt u in
hoofdstuk 21 “Snelspanner”.
53
Speedlifter
54
Snelspanhendel
(Speedlifter)
53
54
Afb.27: Stuurhoogte wijzigen met een Speedlifter-systeem
To Next Page
Loading...
Need help?
General
